Test: Honda's 2022 500cc-trio


Honda door de Hooglanden

Het is best vreemd dat Honda het speelveld voor 500cc-motorfietsen vrijwel helemaal voor zichzelf heeft. Geen enkele andere grote fabrikant voert deze cilinderinhoud en dat terwijl er de afgelopen jaren alleen al in Europa meer dan 100.000 CB(R)500’s werden verkocht. Om deze almacht verder te verstevigen, kregen de modellen voor 2022 enkele belangrijke nieuwe troeven. In de Schotse Hooglanden mocht de redactie van Honda Motor Magazine het resultaat proeven.

Schotland is niet meteen een voor de hand liggende bestemming voor de introductie van een nieuw model. Je bent voor een test en bijbehorend beeldmateriaal immers sterk afhankelijk van het weer. En laat dat nu net een zeer voorspelbare, maar allesbehalve bemoedigende factor zijn in Schotland. Eén droge dag op twee regendagen en vooral in het noorden is mist vrijwel zeker van de partij. Toch gingen we de uitdaging aan en reden de North Coast 500, een 500 mijl lange route langs de ruwe kusten van Noord-Schotland. Nee, niet op één dag. We kregen er drie dagen voor. Verdeeld over de drie vernieuwde modellen: de sportieve CBR500R, de naakte CB500F en de wat meer avontuurlijke CB500X.

2022 Honda CBR500R

Baby Blade

De ochtend van dag één is het geluk aan onze kant. De CBR500R staat voor ons klaar en behalve enkele kleine wolkjes is er geen vuiltje aan de lucht. We vertrekken vanuit Inverness en zullen langs de Noorzeekust koers zetten naar het noorden. Startpunt van de NC 500 is Inverness Castle. Normaal wordt de NC 500 vanuit Inverness met de wijzers van de klok mee gereden. Dus eerst de Atlantische kust en afsluitend de Noordzeekust. Honda opteerde ervoor om de mooiste wegen tot het laatst te bewaren. Dus rijden we de eerste dag vanuit Inverness naar Tongue, een tochtje van dik 290 km met vooral de eerste 100 km relatief ruime wegen. De CBR500R wordt door Honda zelf de Baby Blade genoemd. Net als de echte Blade straalt de 500 sportiviteit uit, maar veel ‘Baby’ is er niet aan. Zeker in de ‘Grand Prix Red’-uitvoering oogt de machine erg volwassen. De eerste aanblik verraadt allerminst dat het hier om een slechts 35kW-sterke 500cc-twin gaat. Met de nieuwe ledkoplampen (afkomstig van de CBR650R) en het nieuwe voorspatbord sluit het design van de R nog meer aan bij dat van z’n grotere broers. Deze volwassen look verklaart voor een stukje ook het succes van deze machine. Hier wil je als beginnend motorrijder beslist mee gezien worden! Honda besteedde ook veel aandacht aan de sound van de uitlaat en ook die klinkt erg goed, maar zeker niet te hard voor een Euro5-twinnetje.

Tijd om te gaan en te voelen wat deze 2022-versie beter doet dan de vorige. Wat meteen opvalt, zijn de nieuwe vorkdoppen bovenop de nieuwe voorvork. Die vermelden heel fier ‘Showa SFF-BP’. Jawel, de nieuwe CBR500R kreeg dezelfde 41 mm Big Piston-vork als de CB650R en de CBR650R. Bij deze vork wordt de ingaande demping geregeld in de linker vorkpoot, terwijl de rechterpoot de uitgaande demping voor z’n rekening neemt. Onderaan de vork vind je het andere grote nieuws voor 2022. De enkele schijf en klauw maakten plaatst voor twee 298mm-wave-remschijven en radiaal gemonteerde Nissin-remklauwen. Daarmee pakt Honda een van de zwakkere punten van de vorige CBR500R aan en al na de eerste kilometers van de rit wordt duidelijk dat CBR500R beschikt over ruim voldoende en goed te doseren remvermogen. De machine reageert bij hard remmen ook veel stabieler dan voorheen. Toch is de bite eerder zacht, waardoor de remmen nooit te overweldigend of verrassend ingrijpen. Mede door het instelbare remhendel is dit een remsysteem zoals het hoort op dit type motorfiets.

Hard aan het werk

Om het extra onafgeveerde gewicht van de tweede schijf en klauw te compenseren kreeg de CBR500R nieuwe, lichtere wielen met vijf in plaats van zes spaken. Het achterwiel werd maar liefst 455 gram lichter. Dat heeft invloed op de vering en op het sturen van de motorfiets. De achterschokbreker kreeg een nieuwe afstelling die beter aansluit bij de nieuwe voorvork. Behalve de veervoorspanning achter is er niets instelbaar aan de vering. Daar heb je eigenlijk ook geen behoefte aan. Honda opteerde voor een optimale mix van comfort en sportiviteit en dat werkt uitstekend. Het is opvallend hoeveel informatie je doorkrijgt in de relatief laag geplaatste clip-ons. Je voelt perfect wat er tussen de Michelins Road 5 en het wegdek gebeurt. Soms is de feedback iets te duidelijk, waardoor zelfs een kleine oneffenheid voelbaar is in de voorkant. Toch blijft de CBR500R onder alle omstandigheden stabiel en schenkt-ie veel vertrouwen. Ook door de goede vering en remmen is het tijdens de rit hard werken voor de kleine achtkleps tweepitter.

Om het stevige tempo van de voorrijder (op een dikke Africa Twin) te kunnen bijbenen moeten er toeren gedraaid worden. Vanaf 4.000 tpm komt de paralleltwin tot leven en gaat het vlot richting 8.750 tpm, waarna een flashlight rechts op het dashboard aangeeft dat het tijd is om over te schakelen naar een hogere versnelling. Die shiftindicator is overigens in stapjes van 250 tpm instelbaar. Het dashboard werd niet vernieuwd en dat is maar goed ook. Want hoewel eenvoudig van opzet heb je alle nodige info in één oogopslag ter beschikking, waarbij de duidelijke aanduiding van de gekozen versnelling voor de beginnende motorrijder meer dan handig is.

Na een stevige rit naar John o’ Groats, het meest noordelijk gelegen dorp van het Schotse vasteland, kunnen we besluiten dat de CBR500R in deze nieuwste uitvoering een stuk beter is geworden. De zwakke puntjes werden bijgeschaafd, maar de gebruiksvriendelijkheid en het algemene premiumgevoel werden gelukkig behouden.

2022 CB500X

Kleine avonturier

Na de lunch in Scrabster gun ik een collega het genot van de R en stap ik over op de CB500X. Die ziet er in zijn nieuwe Pearl Organic Green kleurstelling bijzonder geslaagd uit. Een echte avontuurlijke look. Niets verraadt dat deze X eigenlijk dezelfde basis deelt als de R. Hoewel er op de zithouding van de CBR500R niets aan te merken is, zorgen de rechtop zithouding, het brede stuur en het goede zadel van de X toch voor een extra comfortabel gevoel. Dat geldt in eerste instantie in mindere mate voor de ruit: deze staat in de hoogste stand, wat voor onze lange redacteur voor wat kabaal rond zijn helm zorgt. Na wat aanpassingen aan de verstelbare ruit kan de rit in alle comfort vervolgd worden.

Ergonomische tank

Net als de R kreeg de X ook een volledige nieuwe vork (dezelfde als de R, maar dan 27 mm langer) en een dubbele schijf in het vooronder. Opvallend is dat Honda alleen op de X axiaal gemonteerde remklauwen gebruikt. Die zouden bij terreingebruik iets beter voldoen dan de radiaal gemonteerde exemplaren van de R en de F. Of dat zo is, hebben we niet kunnen testen, maar op de weg voldoen de remmen uitstekend.

Net als de andere 500cc's heeft ook de X een nieuw voorwiel. Het blijft een 19 inch-exemplaar, maar het werd smaller en daardoor lichter. Van onze drieling heeft de X de grootste tank. Geen mastodont zoals bij de grotere adventurefietsen, maar een smalle en ergonomisch heel goed gemaakte tank van 17,5 liter. Met een opgegeven verbruik van slechts 3,6 liter per honderd kilometer kom je dus vlot 400 km ver. Dat maakt de CB500X geschikt voor langere ritten. Want hoewel dit type motorfiets in hoofdzaak in stedelijke gebieden gebruikt wordt, kan er beslist meer mee worden gedaan.

Montagebeugel voor de GPS

De tweepitter levert zijn maximum koppel van 43 Nm reeds bij 6.500 tpm waardoor Honda de eindoverbrenging relatief lang kon maken. Hierdoor draaien de CB’s bij hogere snelheden niet te veel toeren. Kruissnelheden van 140 km/u en meer zijn geen probleem. Erg handig is ook dat Honda boven het dashboard (identiek aan dat van de R en de F) een montagebeugel voorzag voor een GPS of telefoon, met bijhorend een 12V aftakpunt. Standaard staat de CB500X op Dunlop Trailmax Mixtour-banden en dat blijkt voor deze test een goede keuze. Met een relatief slecht wegdek en hier en daar wat losliggende kiezels voldoen deze banden hier perfect. Uiteraard is de inzetbaarheid offroad beperkt, maar dat geldt eigenlijk ook voor de CB500X zelf. Want hoewel z’n looks dat doen vermoeden, is dit geen offroadmotor. Daarvoor zijn de veerwegen van 150 mm voor en 135 mm achter net iets te beperkt en ontbreekt de mogelijkheid om het ABS uit te schakelen.

Mannenfiets

Met een rijklaar gewicht van 199 kg is de X de zwaarste van de 500’s. Maar door het brede stuur en de rechtop zitpositie vormt het relatief hoge gewicht geen probleem. Ook de zithoogte is met 830 mm veruit het hoogste van de drie, maar door de zachte vering zakt de machine aanzienlijk in wanneer je plaatsneemt op het zadel. Dat maakt de CB500X ook geschikt voor wat minder grote mensen zonder dat ze meteen moeten investeren in een verlagingsset voor de vering. Extra opvallend is dat 96% van de kopers van de CB500X mannen zijn, terwijl een op de vijf kopers van de naakte CB500F vrouw is. Reden genoeg om die op dag twee eens uitvoerig te testen.

2022 CB500F

Speelkameraad

Drie motorfietsen met hetzelfde DNA, maar toch helemaal anders. Dat is de rode draad van deze test. Want hoewel de naakte CB500F het dichtst bij de sportieve CBR500R staat, is het toch weer een heel andere rijervaring. De handvatten van de F staan 72 mm hoger dan die van de R, maar ook 65 mm lager dan die van de X. Dat maakt dat je op de F wat meer voorover gebogen zit dan op de X, maar toch veel rechter dan op de meest sportieve van het drietal. Het stuur staat ook 51 mm dichter tegen je aan dan bij de R. Wat ook opvalt is dat bij alle drie de modellen de voetsteunen slechts minimaal verschillend zijn voor wat betreft de afstand ten opzichte van het zadel en het stuur. Is ook wel logisch aangezien het frame van de drieling vrijwel identiek is.

Populair onder vrouwen

De CB500F is met 189 kg de lichtste van de drie. Dat gewichtsvoordeel is logisch omdat de machine maar beperkt is aangekleed. Maar toch is er ten opzichte van de F slechts een gewichtsvoordeel van 3 kg. Dat het dus puur tussen je oren zit dat de F lichter aanvoelt klopt niet, maar gevoelsmatig zou je het gewichtsvoordeel groter inschatten. De zithouding zorgt er ook voor dat de F veel speelser aanvoelt, terwijl daar puur technisch geen reden toe is. Op de kuip en de koplamp na is de F immers identiek aan de R. Toch is dat allicht ook een reden waarom deze motorfiets behalve bij vrouwen ook heel goed scoort bij de jeugdige motorrijders. De F is veruit het populairst bij 21- tot 30-jarigen, op de voet gevolgd door de R en op meer afstand door de X. Het is een super handige kruip-door-sluip-door motorfiets en dat is vooral in druk stadsverkeer erg handig.

Puur motorrijden

Dat je in het noorden van Schotland geen druk verkeer hebt, maken we goed door de talloze campers in te halen. En volop te genieten van de smalle kronkelwegen die ons richting de Atlantische kust sturen. Richting Gairloch volgen we de grillige kust en genieten van aangenaam weer en prachtige vergezichten. Dat we vandaag 245 km rijden met ‘slechts’ een 500cc-naked ontgaat ons volledig. Het verrast ons dat je met een 35kW-motorfiets zo veel plezier kan beleven. Het uiterste uit de machine halen en de voorrijders uitdagen door dicht tegen het wiel van hun Africa Twins te hangen, maakt een mens gelukkig.

Conclusie

We hebben heerlijk genoten van twee dagen sturen in Schotland. Over de derde dag wil ik dan ook kort zijn. Die was ijskoud en kleddernat. Met mist die de mooiste landschappen voor ons verborgen hield en regen waartegen zelfs de technologisch meest geavanceerde pakken geen verhaal hadden. Maar de eerste twee dagen hebben meer dan duidelijk gemaakt dat de belofte van Honda helemaal klopt. Zowel de nieuwe vering als de dubbele schijfremmen vooraan maken deze 500cc’s tot betere motoren. Honda springt heel slim om met dit platform en tovert met een minimum aan middelen totaal andere motorfietsen tevoorschijn. Dat dit aanbod zo goed als wereldwijd verkocht wordt, maakt de platformkeuze van Honda extra slim. Door lagere productiekosten kan er immers hier en daar een cent meer uitgegeven worden aan de kwaliteit. En dat merk je. De motorfietsen zijn tot in de puntjes verzorgd. De nieuwe CB’s worden bovendien maar een fractie duurder en dat is in tijden van corona een verdienste op zich.